Op 6 november lanceert erfgoedcel k.ERF de website www.kempenseklaprozen.be. Op de website krijgen alle soldaten uit de gemeentes Balen, Dessel, Geel, Laakdal, Meerhout, Mol en Retie die tijdens de Eerste Wereldoorlog omkwamen opnieuw een gezicht en een verhaal. Aan het onderzoek werkten heemkringen, archieven, oorlogsexperts en ook leerlingen uit het middelbaar onderwijs mee. Het projectteam hoopt dat de website de volgende jaren verder zal groeien en dat het een inspiratiebron is voor activiteiten in het kader van de herdenking van de Groote Oorlog.
Het oorlogsmonument komt tot leven
Het project Kempense Klaprozen groeide uit een idee van twee leerkrachten van het Sint-Maria-Instituut (Geel).
Herman Sterckx(leerkracht geschiedenis): “We wilden met onze leerlingen op zoek gaan naar de jongens achter de namen op het oorlogsmonument in Geel. Erfgoedcel k.ERF was een logische partner. Onze leerlingen kregen elk een soldaat toegewezen. Van die soldaat moesten ze het militaire dossier bij het Belgische Leger opvragen. In de lokale archieven zochten we naar familieverhalen en foto’s. Sommige leerlingen interviewden zelfs nabestaanden. Al gauw bleek dat ook de andere k.ERF-gemeentes mee op de kar wilden springen en het project en ons team breidden uit. Onze leerlingen onderzochten ondertussen ook al de soldaten van Meerhout en dit jaar spitsen we ons toe op de Mol. Van sommige soldaten vonden we slechts een paar documenten, maar er zijn er ook waar we heel gedetailleerde informatie van hebben teruggevonden. We stelden zelfs vast dat sommige omgekomen soldaten nergens op een monument staan. Andere staan er dan weer bij meerdere gemeentes op. Alle informatie plaatsen we op www.kempenseklaprozen.be. Zo kan iedereen de verhalen ontdekken en aanvullen.”
Aangrijpende verhalen
Hoewel de Eerste Wereldoorlog 100 jaar achter ons ligt, ontdekte het projectteam heel wat nieuwe informatie.
Het verhaal van Fransiscus Theodorus Sels bijvoorbeeld. Deze jonge Gelenaar raakt op 12 november 1914 gewond tijdens de slag om Rotselaar. Hij ligt dagen op het slagveld en verblijft vervolgens in een ziekenhuis, maar mag zwaar gewond terugkeren naar zijn familie in Geel. In het Nieuwsblad van Geel verschijnen in die periode enkele berichten waarin wordt beschreven dat de jongen nog wekenlang ‘met in windels gehuld hoofd, traag en ziekelijk’ door de straten wandelt ‘het droeve schouwspel van dit geknakte leven’. Soldaat Sels overlijdt uiteindelijk op 30 maart 1915.
Een ander opmerkelijk verhaal is dat van Désiré Janssens, een pas afgestudeerde student tuinbouw. Hij neemt op 12 augustus 1916 deel aan een gevaarlijke verkenningsopdracht. De Belgische soldaten vallen een Duitse voorpost aan en nemen enkele krijgsgevangenen. Désiré draagt een gekwetste gevangene, maar moet hierbij zijn wapen achterlaten. Terug in eigen kamp is de ontlading na de succesvolle actie groot. Op dat moment realiseert Désiré dat zijn wapen nog buiten de voorpost ligt. Hij gaat het snel halen, maar wordt helaas dodelijk getroffen door een vijandelijke kogel. De familie Janssens verliest hun enige zoon en erfgenaam voor hun landbouwzaak. Het verhaal van Désiré Janssens werd gereconstrueerd aan de hand van een grafrede, het militaire personeelsdossier en dagorderregisters die zelfs een schets van de militaire actie opleverden.
Op www.kempenseklaprozen.be kun je per gemeente zoeken, op naam en zelfs op regiment. Het is meteen ook het platform waarlangs erfgoedcel k.ERF alle WOI-initiatieven in de regio zal communiceren. Wie aan de slag gaat met het lokale WOI-erfgoed kan bovendien bij k.ERF een subsidie aanvragen. Ook die informatie vind je op de website.